VONNIS IN BEROEP Rechtbank Eerste Aanleg Antwerpen d.d. 09-11-2020 sectie burgerlijke rechtbank

Op 5 oktober 2020 heeft de Rechtbank van Eerste Aanleg te Antwerpen een cruciale uitspraak gedaan in een zaak waarbij de integriteit van sociale huurders ter discussie stond. Hierbij draaide het om het mogelijk bezit van onroerende goederen in het buitenland.

Uit het door een onbekend bureau uitgevoerde onderzoek bleek dat bepaalde huurders wel degelijk onroerende goederen op hun naam hadden staan in het buitenland. Dit resulteerde in een significant aantal gronden en appartementen die gedeeltelijk eigendom bleken van een van de appellanten.

De Rechtbank te Antwerpen bevestigde dat het verzwijgen van dergelijk onroerend goed een ernstige schending vormt van de regelgeving rond sociale huur. Deze overtreding heeft geleid tot een onterechte ontvangst van sociale voordelen ter waarde van duizenden euro’s over de jaren heen.

De appellanten probeerden de vordering van de eiser te betwisten door te verwijzen naar bepaalde documenten en het recht op privacy. Echter, deze verweren werden door de Rechtbank verworpen.

De uitspraak van de rechtbank op 5 oktober 2020 resulteerde in:

  • De bevestiging van het feit dat de huurders onterecht sociale voordelen hadden verkregen.
  • De verplichting voor de appellanten om het onterecht verkregen voordeel, een som van 13.210,07 euro, terug te betalen aan de eiser.
  • De afwijzing van de aanvullende eisen met betrekking tot de kosten van het rapport en de vertaling daarvan.

Dit oordeel werpt licht op het belang van transparantie en eerlijkheid binnen de regelgeving van de sociale huur en het mogelijke misbruik daarvan door huurders.

link uitspraak vonnis

Bron: UITSPRAAK-IN-BEROEP-VAN-EERSTE-AANLEG-ANTWERPEN-D.D.-09-11-2020-M.B.T.-CONTROLE-BUITENLANDSE-EIGENDOMMEN.pdf